Aangaan, vermijden, ontregelen
Aangaan Iemand die een moeilijke situatie aangaat, maakt verbinding met datgene wat bedreigend overkomt. Hij probeert de spanning op te lossen door de moeilijkheden onder ogen te zien, ze aan te pakken en te doorvoelen. De persoon is, al dan niet vanuit een bewuste keuze, echt bezig met de situatie. Het kan ook een intuïtieve keuze zijn, of een keuze die voortvloeit uit gewoonte of opvoeding. Vermijden Bij een vermijdende reactie is sprake van een terugtrekkende beweging, weg van de schijnbare bron van spanning. Iemand probeert afstand te nemen. Hij probeert de pijnlijke situatie niet al te hoog in zijn bewustzijn te houden, en liever nog uit het bewustzijn te verwijderen. Dit gebeurt lang niet altijd bewust. Het is vaak meer een reflexmatige reactie, die iemand zich door middel van reflectie wel bewust kan maken. Zo’n vermijdende reflex kan plaatsvinden door cognitief, emotioneel of gedragsmatig weg te vluchten uit de situatie, of door een ‘vechtreactie’. Ook de vechtreflex wordt ingezet om de pijnlijke realiteit niet onder ogen te hoeven zien. Een vechtreactie komt vaak voor als iemand zijn eigen angst, verdriet of boosheid niet onder ogen kan zien. Ontregelen (blokkeren/doorschieten) Ontregeling is een complex reactiepatroon, omdat hierbij iemand de controle kwijt is. In zo’n bewustzijnstoestand kan de reactie twee kanten op slaan: iemand blokkeert in denken, voelen of doen, of iemand reageert tegenovergesteld en schiet door in denken, voelen of doen. Enkele termen die verwijzen naar deze drie reactiepatronen:Aansluiten
Aansluiten bij de cliënt betekent dat de zorgprofessional tijdens de interactie met de client bewust afstemt op het perspectief, het ontwikkelingsniveau en de leefwereld van de client. naar Driehoek van professioneel handelenAanwezigheid
Om dit hele complexe spel van professioneel handelen steeds weer te kunnen realiseren is een belangrijk gegeven nog niet genoemd. Inn de driehoek van professioneel handelen wordt zichtbaar dat in het centrum van het raamwerk van de beroepshouding de persoonlijke context zichtbaar blijft. Dat is wat professioneel handelen van de zorgprofessional vraagt. Dat zij er is. Present is. Met aandacht aanwezig. Dit lijkt misschien vanzelfsprekend maar de aanwezigheid als zorgprofessional zal zelden helemaal onverdeeld gericht kunnen zijn op de cliënt. Een zorgprofessional staat midden in een krachtenveld en daarin is zij er niet alleen voor de cliënt. Een zorgprofessional is ook een vertegenwoordiger van het team en van de organisatie waarbinnen ze werkt. Ook deze betrokkenen bij het professioneel handelen vragen in het contact met de cliënt om de aandacht van de zorgprofessional. Bovendien heeft zij ook zelf belangen. Professionele belangen zoals het bewaken van haar beroepsrol, agenda, tijd etc. En ook persoonlijke belangen. Zo doen al de betrokkenen in het veld ieder hun eigen appèl op haar als professional. Professioneel handelen is dus ook omgaan met meervoudige belangen. Aanwezig zijn houdt in dat de zorgprofessional met aandacht aanwezig is zowel bij de ander, bij wat de ander denkt, voelt en doet, als bij zichzelf, bij wat zij zelf voelt, denkt en doet. Daarnaast is de zorgprofessional met haar aandacht ook bewust bij de context waarin de ontmoeting plaats vindt en houdt zij rekening met de belangen van de andere betrokkenen bij het contact. Een belangrijk aspect van aanwezig zijn is dan ook flexibele aandacht: heen en weer bewegende aandacht: van open aandacht naar selectieve aandacht en vice versa en zowel aandacht bij de ander als bij zichzelf.[1]Basis
De basis van professioneel handelen wordt gevormd door alle (werk)afspraken, protocollen, en richtlijnen die in ‘zorgland’ door de verschillende zorgorganisaties, beroepsgroepen, teams en collega’s worden gemaakt ten behoeve van kwaliteitsvolle - en veilige zorg voor cliënten én zorgprofessionals. naar Driehoek van professioneel handelenDe basis van professioneel handelen
De basis van ieder professionele handelen is het vak dat de zorgprofessional geleerd heeft. Het vak met de bijbehorende kennis en de beroepscodes en grenzen, en daarnaast ook de ervaring die de professional heeft en de ontwikkeling die zij doormaakt. Als een zorgprofessional haar vak onvoldoende beheerst dan is er in de basis van het professioneel handelen iets mis. Ook de samenwerkingsverbanden waar de zorgprofessional binnen opereert en haar communicatieve -en samenwerkingsvaardigheden worden tot de basis van het professioneel handelen van de zorgprofessional gerekend. Als er in die verbanden en/of vaardigheden verstoringen optreden dan wordt het professioneel handelen in de basis geraakt. Ook de factor tijd is een aspect van de basis van het professioneel handelen. Als er onvoldoende tijd is voor bijvoorbeeld de voorbereiding van concrete cliëntencontacten of voor de contacten met de cliënt zelf dan kan dat leiden tot verstoringen in de basis. Verstoringen in de basis van het professioneel handelen veroorzaken dat het hele bouwwerk van professioneel handelen uit balans raakt. naar Driehoek van professioneel handelenBasisvertrouwen en steunende omgeving
Iemand met een basisgevoel van veiligheid kan de hoop en het vertrouwen vinden dat het ondanks alles weer goed komt, dat er altijd weer lichtpuntjes zullen zijn en dat nieuwe kansen zich zullen aandienen. Zo iemand durft te rouwen en kwetsbaar en afhankelijk te zijn, omdat zijn zelfbeeld niet volledig op het spel staat. Natuurlijk kan deze persoon wanhopig zijn, maar de wanhoop zal hem niet tot diep in zijn basis onderuithalen. Tenminste, als een steunende context aanwezig is. Zonder steunende omgeving waarin de rouwende zich erkend voelt in wie hij is en in hoe hij rouwt, zal hij zich verloren voelen en geïsoleerd raken. Zonder sociale steun wordt het voor een rouwende heel moeilijk om wat er gebeurd is in zijn leven te integreren en zijn leven opnieuw vorm te geven. naar Slinger van verliesverwerkingBeroepshouding
Op de professionele basis rust de beroepshouding. De professionele beroepshouding heeft betrekking op de uitvoering van (werk)afspraken, protocollen, en richtlijnen die in ‘zorgland’ door de verschillende zorgorganisaties, beroepsgroepen, teams en collega’s worden gemaakt ten behoeve van kwaliteitsvolle - en veilige zorg voor cliënten én zorgprofessionals. De beroepshouding bestaat uit een aantal elkaar aanvullende aspecten. De zorgprofessional beweegt heen en weer tussen al die aspecten en kiest naar gelang de situatie voor de beste houding. De professionele balans tussen al deze aspecten vormt geen vast gegeven maar vraagt om een voortdurend afstemmen. Dat afstemmen doet de professional deels bewust en deels intuïtief. Het is een intensief proces waarbij steeds wordt geschakeld tussen wat de professional waarneemt bij de ander en wat deze bij zichzelf gewaarwordt. naar Driehoek van professioneel handelenDe blauwe punt
De organisatie zoals die binnen zorgland zijn plek heeft (O&Z) biedt als het goed is een steunende omgeving voor de individuele zorgprofessional. Een steunende omgeving creëren is een taak voor de organisatie en de leidinggevenden, maar het is ook iets wat zorgprofessionals met elkaar moeten opbouwen en onderhouden. Het delen van ervaringen is daar een centraal onderdeel in. Intervisie en supervisie zijn onontbeerlijk maar van dit collegiale contact gaat alleen een steunende werking uit als het klimaat in de teams veilig is en er op een professionele manier open en accepterend wordt omgegaan met elkaars kwaliteiten en valkuilen. Daarnaast is ook erg helpend als er ruimte is om op een vanzelfsprekende manier problemen te bespreken die in de privéomgeving spelen. Leidinggevenden kunnen daarin zelf het goede voorbeeld geven door zelf ook aan te geven als het iets minder gaat of als er privézorgen zijn. Ook praktische maatregelen die ervoor zorgen dat de werkdruk binnen de perken blijft en dat er afgewisseld wordt in zwaarte van casuïstiek. Het is ook steunend als er voldoende vrije tijd is en als er ontspanningsmomenten in de dag-structuur zijn ingebouwd en als aandacht voor zelfzorg iets vanzelfsprekends is, waar zorgprofessionals toe aangemoedigd worden. (Zie verder op deze website over veerkracht en zelfzorg) naar Driehoek van professioneel handelenChronische aandoening
Een aandoening wordt chronisch genoemd als Iemand langdurig last heeft van dezelfde aandoening. Deze ziekte kan lichamelijk of psychisch zijn. De belangrijkste kenmerken van een chronische ziekte of aandoening zijn dat deze:- niet te genezen is
- progressief kan zijn, dat wil zeggen dat deze in de loop der tijd verergert
- gevolgen heeft voor het lichamelijk en/of geestelijk functioneren
- vaak een grillig en onvoorspelbaar verloop heeft
- zelfs niet met medicijnen, behandelingen en/of leefregels bestreden kan worden. Wel kunnen sommige symptomen behandeld worden en ook kan het progressieve verloop soms vertraagd worden.